Ik ben dertien jaar geleden verhuisd uit België, begint Koen zijn verhaal. Ik heb vroeger altijd voor Buitenlandse Zaken gewerkt in Brussel en kreeg de mogelijkheid om op de ambassade in Nairobi te gaan werken. Ik woonde en werkte daar vier jaar, tot in 2016. Mijn echtgenote, Katharina, een Oostenrijkse, was toen zwanger van ons tweede kindje en het leek ons een goed moment om terug te gaan naar Wenen. Ik zou daar op de Belgische ambassade beginnen werken. De dag dat ik er s ochtends mijn contract tekende, kreeg ik een telefoontje van de Internationale Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa met de melding dat ze mij een job aanboden. Snel het andere contract opgezegd en intussen werk ik al negen jaar voor die organisatie.
Uitdaging
Ik werk bij OVSE, vervolgt Koen. Dat is een internationale organisatie die uit 57 lidstaten bestaat en zich inzet voor vrede en veiligheid op het Euro-Aziatische continent, van Vancouver tot Vladivostok, de noordelijke hemisfeer van de aarde eigenlijk. Dat is vandaag de dag een ongelooflijke uitdaging.
Wat ik dan concreet doe? Ik werk op het secretariaat, verduidelijkt Koen. Een beetje te vergelijken met de Verenigde Naties, maar dan met een beperkter geografisch mandaat. Wij stellen ons ter beschikking van de lidstaten om hen te helpen en ondersteunen in bepaalde beleidsgebieden. Op jaarlijkse basis komen de ministers van die staten samen, nemen een aantal besluiten, inzake klimaat of transnationale dreigingen bijvoorbeeld. Ik werk specifiek op het bestrijden van terrorisme. Wij voorzien onder meer in projecten die technische assistentie aanleveren. Dat brengt mij in alle hoeken van het mandaatgebied, voornamelijk Zuidoost-Europa en Centraal-Azië. In die landen bieden we trainingen aan, wisselen good practices uit, ontwikkelen we regionale initiatieven, … Het is een heel fijne en uitdagende job.
De maten van de basket
Op de vraag of Koen nog geregeld naar Zele afzakt, antwoordt hij: Daar raak je iets interessants aan. Mijn echtgenote werkt in de internationale relaties voor Oostenrijk, maar haar uitvalsbasis is Londen. Zij en de kinderen verblijven daar, wat betekent dat ik mijn tijd tussen Wenen en Londen verdeel. We zijn in coronatijd, toen telewerken heel normaal was, naar Londen verhuisd. Momenteel moet ik vaak in Wenen zijn en dat maakt het natuurlijk moeilijker om tijd vrij te maken en naar Zele te reizen. Maar ik vind het zeker belangrijk om dat te blijven doen en om tijd met de familie te spenderen. Het is leuk voor de kinderen om met de neefjes en nichtjes om te gaan. Via mijn zussen, broer en mijn ouders blijf ik ook op de hoogte van wat er in Zele leeft.
Ik heb een bankje aan de Scheldedijk waar ik een bijzondere band mee heb, het bankje van De Geluksvogel.
Ik heb lang basket gespeeld bij BBC Zele en vind het heel leuk om met de vrienden een glas te gaan drinken in de Caban. Jaarlijks naar Werchter met de maten van Zele, dat laat ik ook niet schieten!